Het geheime leven van een groepenkast. Nu met pensioen!
In een hoek van het clubhuis, ver van de glans en glamour van de tafeltennistafels en de bar, hing ik, de groepenkast. Geen flitsende verschijning, geen applaus of trofeeën. Maar laten we eerlijk zijn, zonder mij zou er geen TTC Kluis zijn zoals jullie die kennen.
Ik kwam hier in 1984, toen het clubhuis net gebouwd was. Alles was nieuw, fris, en ik stond trots te stralen met mijn porseleinen stoppen. Ja, porselein – echt vakmanschap. Decennia lang heb ik mijn plicht gedaan: kampioenswedstrijden verlicht, bijna een miljoen drankjes gekoeld en geserveerd, en ontelbare kroketten, frikandellen en frieten gefrituurd. Geen lid wist hoe belangrijk ik was, maar ik wist het zelf wel.
Ik heb de hoogtepunten van de club meegemaakt: het daverende gejuich na een beslissende match, de barbecues in de zomer, en zelfs die keer dat de elektriciteit uitviel tijdens de finale – ja, dat was mijn fout. Mijn excuses nog daarvoor. Maar ik heb ook stilletjes afscheid genomen van leden die ons zijn ontvallen. Ik heb ze allemaal gezien, jaar na jaar.
Toch voelde ik de laatste jaren dat mijn tijd gekomen was. Mijn porseleinen stoppen, ooit revolutionair, voldeden niet meer aan de normen. En eerlijk gezegd, de komst van zonnepanelen en een warmtepomp klonk als een brug te ver. Toen ik hoorde dat er een nieuwe groepenkast zou komen, wist ik dat mijn pensioen nabij was.
Op 16 januari 2025 was het zover. Henk Verstappen, de vrijwilliger met gouden handen, zette me met respect opzij. Hij installeerde mijn opvolger – een moderne krachtpatser met ruimte voor uitbreidingen, helemaal klaar voor de toekomst. Ik kon mijn jaloezie niet verbergen toen ik zag hoe strak hij eruitzag, maar tegelijkertijd wist ik dat het tijd was om los te laten.
Maar ik ben niet jaloers. Nee, ik geniet nu van mijn rust in de opslagruimte, terwijl ik luister naar de verhalen over LED-verlichting en zonnepanelen. Toch hoop ik dat iemand zich mijn jaren van trouwe dienst herinnert. Zonder mij geen wedstrijden, geen barlicht, en zeker geen warme koffie!
Dus, als je weer eens langs een meterkast loopt, geef een knikje. Want ook wij hebben een verhaal te vertellen.